Ik zou graag zeggen dat ik niet weet waar de laatste tien jaar zijn gebleven, net als bij je grote zus, maar dat zou de waarheid behoorlijk wat geweld aan doen. Want die waarheid is, dat waar je zus in alle stilte overal doorheen hobbelde, jij daar helaas niet voor voorbestemd lijkt te zijn.
Al tijdens je peutertijd kregen we als ouders het vermoeden dat jij dingen lekker op je eigen tempo deed en dit tempo niet altijd meeging in de vaart der volkeren. Lopen deed je heel snel, sneller zelfs dan Lotte destijds, maar voor de rest ging alles makkie-an. En dat was voor ons als ouder geen probleem, maar anderen (lees: instanties) meenden daar hun plasje over te moeten doen. Iets wat vooral je vader niet altijd evengoed kon hebben (‘wat is een gemiddeld kind dan?‘). Enfin, het zorgde toen al voor wrijving met deze en genen. Je was een lekker ongedwongen joch met een aanstekelijke lach dat eigenlijk altijd vrolijk was. Iedereen liep met je weg, en dat deed je zelf af en toe ook, tot grote kopzorgen van papa en mama. Het was geen onwil of pestgedrag van je, maar je kon zo lekker afgeleid zijn door een mooie vlinder aan de andere kant van de straat die je dan even snel van dichtbij wilde bekijken. En hup, weg was je, papa en/of mama in doodsangst achterlatend waar je nou weer gebleven was.
Toen je eenmaal naar school mocht, ging dat best wel met veel plezier; maar het ging ook gepaard met problemen die ervoor zorgde dat papa vrijwel elke dag naar school op en neer kon. Uiteindelijk hebben we dat met behulp van de oma van je zus d’r bestie kunnen opvangen. Voor jou kwam corona als geroepen; je hoefde niet naar school en thuis hadden we de tijd om alles onder controle te krijgen. Daar waar je zus wegkwijnde tijdens de corona omdat ze niet naar school kon en haar vriendinnen miste, bloeide jij op. Alle lichamelijke problemen die in het jaar ervoor voor zoveel problemen hadden gezorgd, verdwenen langzaam. En belangrijker nog; ze bleven weg. Dus, na corona weer vrolijk naar school. Leren lezen, rekenen, gewoon zoals het hoort…
Ownee, toch niet. We kregen al vrij snel van school te horen dat je achterbleef bij de rest van de klas. Voor school geen probleem, er ging gewoon een tandje bij om je wat extra te helpen. Maar het hielp niet. En toen kwam die ene dag… die dag dat ik gebeld werd door mama dat je op school in slaap was gevallen en niet meer wakker wilde worden. Nog nooit in mijn leven ben ik met zoveel angst in mijn hart naar school geracet. Op school aangekomen was de ambulancebroeder al druk bezig om je weer bij te brengen. Maar wat hij ook probeerde; het bleek te vergeefs. Pas toen mamma, compleet over haar toeren, de kamer in kwam rennen kreeg je het, nog steeds volledig van de wereld, voor elkaar om je ogen open te doen. Het principe ‘in slaap vallen‘ werd in de maanden hierna een terugkerend fenomeen. Maar je víel niet in slaap; iedere keer als je weer ‘bijkwam’ kon je redelijk accuraat vertellen wat er gebeurd was. Vele onderzoeken door diverse artsen en door meerdere disciplines volgden, maar er kwam niks naar boven. Je was en bent kerngezond! De wegrakingen, zoals men het inmiddels was gaan noemen, waren het gevolg van overprikkeling.
Toen het tijd werd voor de overgang groep 3 naar groep 4 is papa, samen met de juf, voor een overgang gaan liggen. Het inmiddels aangeschoven SPPOH vond je dat toch over moest naar groep 4, want ‘het was zonde van het rekenen‘(iets waar je, in tegenstelling tot lezen echt wel heel goed in was). Maar daar waren papa en mama en de juf mordicus tegen! De uitkomst: een enigzins gepikeerde mevrouw van het SPPOH en jij ging nogmaals groep 3 doen. E.e.a. in de hoop dat je daar profijt van zou hebben en het je zelfvertrouwen wat op zou krikken. Want inmiddels hadden de leerachterstand en de wegrakingen gezorgd voor een enorme faalangst aan jouw kant. ‘Laat maar papa, ik kan dit niet, want ik ben dom‘ is het ergste dat ik je ooit heb horen stamelen, helemaal verdrietig omdat je de weg kwijt was geraakt in een boekje. Het brak mijn hart, geen vader wil dit horen van z’n kind. Om je te helpen concentreren hadden we een recept methylfenidaat (in de volksmond ‘ritalin’) gekregen van de arts waarbij je onder behandeling was. Waar het in het begin nog wel iets leek doen, zorgden de toenemende doses er enkel maar voor dat het leuke, vrolijke ventje veranderde in een stille, in zichzelf gekeerde zombie. Ik was langzamerhand mijn zoon aan het kwijtraken.
Eind 2023 werden we uitgenodigd voor een tweede gesprek op school. Ik zag de bui al hangen; en inderdaad, we kregen het verzoek om je thuis te houden, omdat het op school echt niet meer ging. En voordat daar nu allerlei meningen over gevormd worden; de school had hier groot gelijk in. Het ging inderdaad niet meer, maar dat was niet door een gebrek aan proberen. Integendeel; je juf schrok ’s nachts wakker als je weer eens een wegraking had gehad en als je in de klas maar even ging verzitten, dan ging het stresslevel gelijk naar grote hoogten. Verre van ideaal; niet voor jou, niet voor de juf, maar zeker ook niet voor je klasgenootjes. En dus bleef je thuis. Een Cruijffiaans spreekwoord zegt dat ieder nadeel ook z’n voordeel heeft en zo bleek; doordat je thuis kwam te zitten, konden we stoppen met de medicatie en keerde langzaam dat vrolijke, lachende ventje weer terug. Maar ja, niet naar school. En hoe nu verder…
Als een kind in Nederland thuis komt te zitten, dan gaan er overal alarmbellen rinkelen. Althans, dat was mijn gedachte in een Nederland dat overal regeltjes voor heeft. Maar daar waar ik o.a. een melding van de leerplichtambtenaar had verwacht, bleef het angstvallig stil. Dus hebben papa en mama via het MDO en diverse overleggen zelf maar eens aan de bel betrokken. Inmiddels was het 2024 geworden en bleek dat alle regeltjes op 1 januari veranderd waren, de instanties waarmee we contact hadden gehad bestonden niet meer of waren opgegaan in andere instanties, kortom; het was een chaos en niemand kon ons vertellen bij ik nou eigenlijk welke vraag moest stellen. Door miscommunicatie en en een verkeerd begrepen dossier werd de eerste school waar we zijn gaan kijken het toch niet, wat vooral bij mama voor veel stress zorgde. Uiteindelijk, na veel bloed, zweet, tranen en flink boos worden, kwam er een klein beetje schot in de zaak. Per juli 2024, vlak voor de vakantie, kon je 1 dag per week (weer later 2 en 3 dagen) terecht bij Bij Ons, in Maasland. Op een boerderij, met katten, konijnen, koeien, schapen, bergen frisse lucht en begeleiders die zin in hadden. Papa en mama blij, jij gelukkig. Maar ja, nog steeds geen school…
En nu is het 16 oktober 2025: je bent net 10 jaar geworden. De samenvatting van de afgelopen 10 jaar is niet eentje om vrolijk van te worden. Bureaucratische ellende, niet werkende medicatie, diagnoses die maar niet kwamen, veel te veel ritjes in het achterste gedeelte van een ambulance, geen school, overprikkeling, leerachterstanden, faalangst, uiteindelijk een diagnose die ons niks nieuws vertelde (ja, inderdaad, je bent autistisch), papa en mama veel te vaak over de zeik, je zus die niet de aandacht krijgt die ze verdiend, kortom; niet echt een succesverhaal. En we zijn er nog lang niet….
Zijn er dan helemaal geen positieve punten te vertellen? Absoluut wel! Ik werd en word ontzettend blij van al die medewerkers van de bronschool die maar blijven streven naar hulp voor Levi; ik word heel blij van die lieve medewerkers van Bij Ons die er alles aan doen om Levi daar een eigen plekje te geven, zelfs al is dat maar tijdelijk; ik word de laatste tijd (ja, echt!) heel blij van de ondersteuning van de Gemeente Den Haag, iets wat ik anderhalf jaar geleden niet had durven dromen. Ik ben heel blij en trots op je grote zus die ondanks een minder dan ideale thuissituatie rustig doorgaat en haar ding doet (ja Lot, we zijn apetrots op je!), maar het meest blij word ik van jou! Mijn zoon! Ondanks de ongelooflijke faalangst waar je dagelijks mee moet omgaan, ondanks de ondankbare situatie waar je in zit, ondanks een papa en mama die af en toe echt niet meer weten waar en hoe ze het moeten zoeken; ondanks dat alles toon je vooruitgang. Je hebt in het afgelopen jaar vorderingen gemaakt in je ontwikkeling waarop ik niet had durven hopen. Je bent vooruit gegaan in je omgang met vreemde mensen; je hebt vrienden gemaakt; je hebt je zwemdiploma’s gehaald; je bent met papa gaan kamperen, in de kou in een tent; afgelopen vakantie in Frankrijk heb je uit jezelf met wildvreemden gepraat en gespeeld. Maar het meest belangrijke; je bent ondanks alle ellende die je over je uitgestort hebt gekregen in je nog korte leventje (je weet dondersgoed dat je anders bent) jezelf gebleven. Dat vrolijke, goedlachse ventje met een stekelig gevoel voor humor, een taalgevoel voor Engels (en dat laat je regelmatig merken) en een jochie dat houdt van z’n grote zus en papa en mama. Een jongetje dat uit zichzelf zijn oom ging troosten nadat die zijn kat moest laten inslapen. Een mannetje dat nu nog steeds af en toe huilend in slaap valt omdat hij zijn eigen oude kat zo mist. Een ventje dat om de haverklap komt vragen om een fruitbakje, maar ook vaak om een knuffel! Kortom; een ventje met een hart van goud!
Lieve Levi, vandaag ben je in leeftijd een tiener geworden. In ontwikkeling ben je nog niet zo ver. Maar; en het is belangrijk dat je je dat altijd zal blijven beseffen; dat maakt voor papa en mama niet uit. We houden van je zoals je bent. We staan stijf achter je; we houden je in balans wanneer dat nodig is; en ja, we zijn ook streng voor je als dat moet; en we steunen je onvoorwaardelijk! En niet alleen papa en mama, maar ook Lotte zal er altijd voor je zijn!
Gefeliciteerd met je verjaardag lieve jongen; over een week maken we er een feestje van! Dikke knuffel van papa, mama, Lotte en Pearl!